ZONDAG
11 januari
1. JAKOBS OUDERLIJKE FOUT
A. Waar ging Jakob verkeerd bij het opvoeden van zijn kinderen? Genesis 37:2-3.
“Ouders moeten geen blijk geven van partijdigheid, maar moeten al hun kinderen met tederheid behandelen, terwijl ze eraan denken, dat zij gekocht zijn door het bloed van Christus. Kinderen imiteren hun ouders; daarom moet grote zorgvuldigheid in acht worden genomen om hen een correct voorbeeld te geven.” –Getuigenissen voor de Gemeente 5, blz. 261.
B. Hoe had deze fout invloed op de rest van de broers? Genesis 37:4.
“Na de dood van zijn (Jozefs) moeder hechtte hij zich meer en meer aan zijn vader, en het hart van Jakob was verknocht aan dit kind van zijn ouderdom. Hij ‘beminde Jozef meer dan zijn andere kinderen’ (Genesis 37: 3).
Maar ook deze genegenheid zou aanleiding worden tot moeilijkheden en verdriet. Op een niet verstandige wijze toonde Jakob zijn voorkeur voor Jozef. Dit wekte de afgunst van de andere zonen op.” –Patriarchen en Profeten, blz. 178.
“Vaders en moeders moeten zorgvuldig en biddend de karakters van hun kinderen bestuderen. Zij moeten proberen die eigenschappen te onderdrukken en in toom te houden, die te opvallend aanwezig zijn, en andere, die onvoldoende aanwezig kunnen zijn, aanmoedigen, waardoor een harmonieuze ontwikkeling verzekerd is... De onevenwichtige geest, de onbezonnen drift, de kribbigheid, afgunst of jaloezie, zijn getuigen van ouderlijke nalatigheid. Deze slechte karaktereigenschappen brengen groot ongeluk aan hun bezitters.” –Fundamentals of Christian Education, blz. 66-67.
MAANDAG
12 januari
2. OORZAAK EN GEVOLG
A. Op welke wijze moedigden de vrouwen van Jakob een verkeerde geest in hun kinderen aan? Genesis 29:30-32; 30:1-8, 20.
“De zonde van Jacob ... onthulde de bittere vruchten in het karakter en het leven van zijn zonen. Toen deze zonen volwassen waren, ontwikkelden zij ernstige fouten. De gevolgen van polygamie werden getoond in het huisgezin. Dit verschrikkelijke kwaad neigt tot het opdrogen van de bronnen van liefde, en de invloed ervan verzwakt de meest heilige banden. De jaloezie van de verschillende moeders had de familierelatie verbitterd, de kinderen groeiden twistziek, ongeduldig op, en het leven van de vader werd verduisterd door angst en grote zorg.” –Conflict and Courage, blz. 72.
“Van Rachel hield hij (Jakob) het meest; maar deze voorkeur was oorzaak van afgunst en nijd, en zijn leven werd verbitterd door de rivaliteit tussen de beide zusters en vrouwen.” –Patriarchen en Profeten, blz. 160.
B. Hoe kan een verkeerde geest, getoond door de ouders, invloed hebben op de ontwikkeling van het karakter van de kinderen? Éfeze 6:4; Ezechiël 16:44; Romeinen 2:21. Hoe kunnen wij het juiste voorbeeld geven? 1 Korinthe 9:27; 1 Petrus 2:21-23.
“Als vaders en moeders beseffen, hoe hun kinderen hen nabootsen, zullen zij nauwlettend acht slaan op elk woord en elk gebaar.” –Bijbelkommentaar, blz. 543. “Hoe ernstig en volhardend werkt de kunstenaar om op het doek een volmaakte gelijkenis van zijn model weer te geven; en hoe ijverig houwt en beitelt de beeldhouwer uit de steen een evenbeeld van het model. Zo moeten de ouders werken om hun kinderen te vormen, te polijsten en te verfijnen naar het patroon hun door Jezus Christus gegeven. Zoals de geduldige artiest studeert, werkt en plannen maakt om de resultaten van zijn werk meer volmaakt te krijgen, zo moet de ouder de tijd als welbesteed beschouwen, als hij die gebruikt voor de training van de kinderen tot nuttige levens en om hen geschikt te maken voor het eeuwige koninkrijk.” –Hoe Leid Ik Mijn Kind, blz. 564.
“Wanneer ik mij kwaad gemaakt voelde en ik verzocht werd om woorden te spreken, waarvoor ik mij later zou moeten schamen, zweeg ik, verliet de kamer en vroeg God mij geduld te geven om de kinderen te leren. Dan kon ik terug gaan en met hen praten en hen vertellen, dat zij dit kwaad nooit meer moesten doen. Wij moeten zo’n standpunt innemen in deze zaak, dat wij de kinderen niet opwekken tot woede. Wij moeten vriendelijk en geduldig spreken, al de tijd bedenkende hoe weerbarstig wij zelf zijn en hoe wij door onze hemelse Vader behandeld willen worden.” –Hoe Leid Ik Mijn Kind, blz. 300.
DINSDAG
13 januari
3. HET BEDROG VAN DE BROERS
A. Wanneer is er de verleiding om een grove leugen te vertellen? Genesis 37:27-32; 3:11-13; 4:9-10.
“Hoe waar is het, dat één zonde leidt tot de andere; en hoe overtuigend wordt deze waarheid getoond door Kaïn! Hij leek verbaasd over de vraag: ‘Waar is Habel, uw broeder?’ (Genesis 4:9). Hij was zo ver gegaan in de zonde, had zich zo ver overgegeven aan de invloed van Satan, dat hij een gevoel van de aanwezigheid van God had verloren, en van Zijn grootheid en kennis. Dus loog hij tegen de Heer om zijn schuld te bedekken.” –The Signs of the Times, 16 december 1886.
“Terwijl Satan bedrog en spitsvondigheid kan gebruiken om zijn doel te bereiken, kan God niet liegen; terwijl Lucifer, als de slang, kan kiezen voor een bedrieglijke weg, bochtig, verdraaiend, glad, om zich te verbergen, beweegt God zich alleen in een directe, duidelijke lijn.” –The Spirit of Prophecy 4, blz. 319.
B. Hoe brachten de broers door misleidend bedrog over zichzelf moeite en verdriet? Genesis 37:34-35; 42:36-38.
“’Zie toch, of dit het kleed van uw zoon is of niet’ (Genesis 37:32), zeiden ze (de broers van Jozef). Met angstige voorgevoelens hadden ze naar dit moment uitgezien, maar ze waren niet voorbereid op de hartverscheurende droefheid, de uitingen van smart, waarvan ze getuigen waren. ‘Het is het kleed van mijn zoon’, zei Jakob; ‘een wild dier heeft hem verslonden; Jozef is stellig verscheurd’ (vers 33). Tevergeefs trachtten zijn zonen en dochters hem te troosten... De tijd scheen zijn verdriet niet te verzachten. ‘Rouw dragend zal ik tot mijn zoon in het dodenrijk neerdalen’ (vers 35), was zijn wanhopige kreet. De mannen, ontzet over hetgeen zij gedaan hadden en bang voor de verwijten van hun vader, verborgen hun schuldbesef, die zelfs in hun eigen ogen zeer groot scheen, in hun hart.” –Patriarchen en Profeten, blz. 180-181.
C. Leg uit, waarom de bedrieglijke daden, waaronder Jakob nu leed, een gevolg waren van de oneerlijkheid van zijn kinderen, gekoppeld kunnen worden aan zijn eigen misleidende wegen in het verleden. Genesis 27:8-38; Galaten 6:7.
“Elk zaad, dat gezaaid wordt, draagt vrucht naar zijn aard. Dat geldt ook voor het menselijk leven.” –Lessen uit het Leven van Alledag, blz. 48.
WOENSDAG
14 januari
4. DE VRUCHTEN VAN ZONDE
A. Wat waren de zondige hartstochten, die de zonen van Jakob koesterden jegens Jozef? Genesis 37:3-5, 11, 23-24.
“De voorkeur, die Jakob voor Jozef had, kon niet verborgen blijven, en de prachtige veelkleurige mantel, die hij hem had gegeven, was een duidelijk bewijs voor zijn zonen van zijn partijdigheid. Zij dachten, dat dit aan hen voldoende reden gaf voor het koesteren van jaloezie, haat en wraak in hun hart.” –The Signs of the Times, 18 december 1879.
“De wet van God schenkt aandacht aan de jaloezie, na-ijver, haat, boosaardigheid, wraak, lust en eerzucht, die door de ziel bruisen, maar die niet tot uitdrukking zijn gekomen in uiterlijke handelingen, omdat de gelegenheid maar niet de wil ontbrak.” –Geest, Karakter en Persoonlijkheid, blz. 554.
B. Wanneer u deze zondige hartstochten koestert, waar kunnen deze dan toe leiden en wie leidt ons daar? Spreuken 27:4; Jakobus 1:13-15.
“Afgunst en jaloezie zijn als twee zusters, die zich in hun werking vermengen. Afgunst zal een mens leiden tot verlangen om goederen, die een ander bezit, te willen hebben, en dit zal hem aansporen om alle middelen in zijn macht te gebruiken om het karakter en de reputatie van iemand, wiens plaats hij wil innemen, omlaag te halen en te kwetsen.” –The Signs of the Times, 2 november 1888.
“De liefde van Jezus in de ziel leidt nooit tot boosheid en nijd.” –Our High Calling, blz. 234.
C. Wanneer deze zondige hartstochten worden gekoesterd in het hart, waartoe zijn de mensen dan in staat om te doen? Genesis 37:18-20; Spreuken 6:34-35; 1 Johannes 3:11-15.
“Zij ( de broers van Jozef) hadden de grote liefde van hun vader voor Jozef gezien en waren jaloers op hem. Hun afgunst groeide uit tot haat en uiteindelijk tot moord.” –The Spirit of Prophecy 1, blz. 127.
“Nijd is het gevolg van trots, en als het gekoesterd wordt, zal het leiden tot haat en uiteindelijk tot moord.” –Patriarchen en Profeten, blz. 594.
“Moord bestaat het eerst in de geest. Hij, die haat een plaats geeft in zijn hart, zet zijn schreden op het pad van de moordenaar, en zijn offeranden zijn een gruwel voor God.” –De Wens der Eeuwen, blz. 260.
DONDERDAG
15 januari
5. HET CHRISTELIJKE GEZIN
A. Noem een aantal belangrijke richtlijnen om te bespreken in een christelijk gezin. Éfeze 4:21-27, 31-32; Openbaring 14:5.
“Rond ieder gezin bestaat een heilige kring, die in stand gehouden moet worden. Niemand anders mag die heilige kring binnendringen. Man en vrouw moeten alles voor elkaar zijn. De vrouw moet voor haar man geen geheimen hebben, die zij wel aan anderen laat weten. En de man moet geen geheimen voor zijn vrouw verborgen houden en die wel aan anderen vertellen.” –Het Bijbels Gezin, blz. 144.
“Als kinderen niet in hun vroege jeugd volhardend en geduldig in de juiste weg geoefend worden, zullen zij verkeerde gewoonten vormen. Deze gewoonten zullen zich in het toekomstig leven ontwikkelen en anderen bederven. Degenen, wier instelling een mindere training ontvangen heeft, die gekleineerd werden door verkeerde huiselijke invloeden, door bedrieglijke praktijken, dragen hun verkeerde gewoonten met zich door het leven. Als zij tot godsdienstig belijden komen, zullen deze gewoonten geopenbaard worden in hun godsdienstig leven.” –Hoe Leid Ik Mijn Kind, blz. 235.
B. Waarom is het belangrijk, dat wij de waarschuwingen ter harte nemen van de misleidende zonde, getoond in het leven van Jakob en zijn kinderen? Johannes 8:44; 1 Petrus 2:1-3; Openbaring 21:27.
“De waarheid is van God; bedrog in al haar ontelbare gedaanten is van Satan; en wie in enig opzicht afwijkt van het rechte spoor der waarheid, levert zich over in de macht van de boze. Zij, die van Christus hebben geleerd, zullen niet deelnemen ‘aan de onvruchtbare werken der duisternis’ (Éfeze 5:11).” –Profeten en Koningen, blz. 158.
“De Heer haat alle misleiding, geheimzinnigheid en bedrog. Dit is Satans werk; het werk van God is open en eerlijk.” –Testimonies to Ministers, blz. 274.
VRIJDAG
16 januari
TERUGBLIK
1. Waarom is het van levensbelang om al onze kinderen hetzelfde lief te hebben?
2. Wat moeten ouders zich bewust zijn bij het opvoeden van hun kinderen?
3. Is er een veiligheid in het vertellen van leugens, zelfs zogenaamde leugentjes om bestwil?
4. Hoe kunnen wij een moord begaan in ons hart?
5. Hoe kunnen leugens en bedrog een christelijk gezin verwoesten?