ZONDAG
8 juni
1. ASA'S GELOOF BEPROEFD
A. Wat zegt de Bijbel over Asa, de kleinzoon van Salomo? 2 Kronieken
14:2-5.
B. Hoe toonde Asa zijn geloof tijdens de test, toen de Ethiopiërs Juda binnen vielen? 2 Kronieken 14:9-11. Hoe werd zijn geloof beloond? 2 Kronieken 14:12.
“(Zie 2 Kronieken 14:9). In deze crisis stelde Asa zijn vertrouwen niet op de vestingsteden in Juda, die hij gebouwd had, of in de dappere helden van zijn goed opgeleid leger (verzen 6-8). Hij stelde zijn vertrouwen in de Here der heerscharen, in wiens naam machtige verlossingen waren geschied voor Israël in het verleden…
Iedere christelijke gelovige mag het gebed van Asa bidden. ‘We hebben niet te strijden tegen bloed en vlees, maar tegen de overheden, tegen de machten, en tegen wereldbeheersers dezer duisternis, tegen de boze geesten in de hemelse gewesten’ (Éfeze 6:12). In de strijd van het leven komen we in aanraking met machten van het kwaad, die strijden tegen het goede. Onze hoop is niet op de mens, maar op de levende God. In vast geloof kunnen we verwachten, dat Hij Zijn almacht zal bundelen met het streven van de mens tot eer van Zijn naam. Gekleed in het kleed van Zijn gerechtigheid kunnen wij de overwinning over elke vijand behalen.” –Profeten en Koningen, blz. 70, 71.
MAANDAG
9 juni
2. DE ENIGE MANIER VOOR SUCCES
A. Hoe herinnerde Azária, de profeet, Asa aan de bron van zijn overwinning? 2 Kronieken 15:1-2, 7.
B. Wat deed Asa om de behoeften, die noodzakelijk waren om de reeds in werking zijnde reformatie te bevorderen, het hoofd te bieden? 2 Kronieken 15:8.
“(Zie 2 Kronieken 15:1-2, 7). Ten zeerste door deze woorden bemoedigd ging Asa voor in een tweede hervorming in Juda.” –Profeten en Koningen, blz. 71.
C. Van welke behoeften moeten wij bewust zijn en wat moeten wij van harte ondersteunen, als wij de tijd van Asa vergelijken met onze tijd? Jesaja 48:16-18.
“In deze tijd, waarin Satan door tal van middelen tracht de ogen van mannen en vrouwen te verblinden voor de bindende eisen van Gods wet, is er behoefte aan mensen, die anderen kunnen doen ‘beven voor het gebod van onze God’ (Ezra 10:3). Er is behoefte aan ware hervormers, die de overtreders kunnen wijzen op de grote Wetgever en die hun leren: ‘de wet des Heren is volmaakt, zij verkwikt de ziel’ (Psalm 19:8). Er is behoefte aan mensen, die ervaren zijn in de Schriften, mensen die door woord en daad Gods wet hooghouden, mensen die trachten het geloof te versterken. Er zijn leraren nodig, die de harten zullen bezielen met eerbied en liefde voor de Bijbel.
De algemeen verbreide ongerechtigheid van onze tijd kan in grote mate toegeschreven worden aan een gebrek bij het bestuderen en gehoorzamen van de Schriften, want als Gods woord terzijde wordt gezet, wordt de kracht ervan om de verkeerde neigingen van het hart te weerhouden verworpen. Mensen zaaien in het vlees om in het vlees verderf te oogsten.
Door het veronachtzamen van de Bijbel is een afkeer ontstaan tegen Gods wet. De gedachte, dat mensen niet langer gehoorzaam behoeven te zijn aan Gods geboden, heeft de kracht van zedelijke verplichtingen verzwakt en de weg gebaand voor het onrecht in deze wereld. Wetteloosheid, verdeeldheid en verderf nemen toe als een overstroming.” –Profeten en Koningen, blz. 382.
DINSDAG
10 juni
3. ‘EN ZIJ TRADEN IN EEN VERBOND’
A. Wat beloofde het volk, in het licht van hun eerdere ervaringen in afvalligheid, door een plechtige eed gedaan op een speciale bijeenkomst? 2 Kronieken 15:12-15.
B. Hoe kan het voorbeeld, dat Asa bij deze gelegenheid gaf, een bemoediging voor ons nu zijn bij onze pogingen om zielen voor Christus te winnen? 2 Kronieken 15:9.
“Ga door om de Heer te leren kennen. Als u dit zult doen, zult u zielen voor Christus winnen. Niet alleen zal uw eigen ziel gered worden; de kracht, die uw ziel bekeert, zal u in staat stellen om een voorbeeld te zijn, dat anderen voor Christus zal winnen.” –The Youth’s Instructor, 9 juni 1914.
C. Hoe zullen eerlijke buitenstaanders worden overtuigd van de reddende kracht van de waarheid: door te luisteren of te kijken naar ons? Matthéüs 5:16; 1 Timótheüs 4:12, 16.
“Hij, die terecht de naam van christen draagt, dat betekent zoals Christus zijn, zal worden vervuld met vroomheid en reinheid, met liefde en eerbied voor God en Jezus Christus, die Hij gezonden heeft, en zijn geest, zijn woorden, zijn daden zullen allen het stempel van de Hemel dragen. Anderen zullen zien, dat hij met Jezus geweest is en van Hem leerde, Zijn gebeden zullen eenvoudig en vurig zijn en zullen opstijgen tot God op de vleugels van geloof. Door het leren in de school van Christus zal hij een nederige mening van zichzelf hebben, en hoewel hij arm kan zijn aan goederen van deze wereld, kan hij rijk zijn aan de genade van Gods Geest, en kan anderen zegenen en verrijken door zijn geest en invloed, omdat Christus in hem een bron van water is, opspringende tot in het eeuwige leven. Hij zal een sfeer van hoop, moed en kracht uitstralen, en zal hen beschamen, die wereldse, egoïstische, formele leraren zijn, die een naam hebben te leven en dood zijn.” –Sons and Daughters of God, blz. 85.
“De wereld kan alleen worden gewaarschuwd door het zien van degenen, die de waarheid geloven en daardoor geheiligd worden, door te handelen naar hoogstaande en heilige beginselen.” –Bijbelkommentaar, blz. 677.
WOENSDAG
11 juni
4. ASA’S FOUTEN
A. Hoe werd Asa’s geloof op de proef gesteld na een plechtig verbond met de Heer gemaakt te hebben, en hoe faalde hij? 2 Kronieken 16:7-9.
“De lange regering van Asa, met zijn trouwe dienst van God, werd bevlekt door enkele fouten, in tijden dat hij niet zijn hele vertrouwen stelde op God. Toen de koning van Israël bij een zekere gelegenheid het rijk van Juda binnen viel en Rama, een vesting, ongeveer 8 km van Jeruzalem, had ingenomen, zocht Asa hulp door een verbond te sluiten met Benhadad, de koning van Syrië.” -Profeten en Koningen, blz. 72.
B. Hoe beging Asa een tweede fout, toen zijn gebrek aan vertrouwen op God in de tijd van nood werd berispt door Gods profeet? 2 Kronieken 16:10.
C. Waarom verhaalt de Bijbel zowel de overwinningen als de mislukkingen, de positieve als negatieve karaktereigenschappen van de mannen en vrouwen, die verbonden zijn geweest met het werk van God? Spreuken 15:13.
“De pen der inspiratie, gehoorzaam aan haar taak, vertelt ons van de zonden, waaraan Noach, Lot, Mozes, Abraham, David en Salomo zich schuldig maakten, en dat zelfs Elia’s sterke geest zich boog onder de verzoeking gedurende zijn zware beproeving. De ongehoorzaamheid van Jona en de afgodendienst van Israël zijn trouw vermeld. Petrus’ verloochening van Christus, de scherpe twist tussen Paulus en Barnabas, de fouten en zwakheden van de profeten en apostelen, dat alles wordt blootgelegd door de Heilige Geest, Die de sluier van het menselijk hart oplicht. Daar voor ons liggen de levens der gelovigen, met al hun fouten en dwaasheden, die als een les bedoeld zijn voor al de geslachten na hen. Zouden ze zonder enige zwakheid geweest zijn, dan zouden ze boven het menselijke zijn verheven, en onze zondige natuur zou altijd wanhopen die verhevenheid te bereiken. Maar nu we zien, waar zij worstelden en vielen, waar zij opnieuw moed schepten en overwonnen door de genade Gods, nu worden we bemoedigd en aangezet de obstakels weg te ruimen, die de ontaarde natuur ons in de weg plaatst.” –Uit de Schatkamer der Getuigenissen 1, blz. 453.
DONDERDAG
12 juni
5. HET GEVAAR VAN DE VERMANING VERACHTEN
A. Welke les kunnen wij leren van de tweede fout van Asa? Spreuken 10:17; 15:10.
“In plaats van zich te verootmoedigen voor God, omdat hij deze fout had gemaakt, ‘werd Asa vertoornd op de ziener’ (2 Kronieken 16:10).” -Profeten en Koningen, blz. 72,
“Er zullen mannen en vrouwen zijn, die de vermaning verachten en wier gevoelens daartegen altijd in opstand zullen komen. Het is niet prettig, wanneer fouten ons onder het oog worden gebracht. In bijna elk geval, waarin vermaning nodig is, zullen er sommigen zijn, die geheel en al het feit over het hoofd zien, dat de Geest des Heren gegriefd en Zijn werk nadeel berokkend is. Dezen zullen degenen gaan beklagen, die de berisping verdiend hebben, omdat persoonlijke gevoelens gekwetst zijn. Al die ongeheiligde sympathie plaatst de sympathisanten, waar ze delen in de schuld van de berispte.” –Uit de Schatkamer der Getuigenissen 1, blz. 352.
“Onze Schepper en Gebieder, die oneindig is en machtig en verschrikkelijk in Zijn oordelen, tracht op alle mogelijke manieren de mens ertoe te brengen zijn zonden te zien en zich daarvan te bekeren. Bij monde van Zijn dienstknechten waarschuwt Hij voor het gevaar van ongehoorzaamheid; Hij doet een waarschuwing horen en bestraft op getrouwe wijze de zonde. Zijn volk kent slechts voorspoed door Zijn barmhartigheid, door de waakzame zorg van uitkoren werktuigen. Hij kan geen volk zegenen en beschermen, dat Zijn raad verwerpt en Zijn vermaningen veracht.” -Profeten en Koningen, blz. 257.
“Laten wij de Heer danken voor de waarschuwingen, die Hij heeft gegeven om ons te redden van onze verdorven wegen.” –Sons and Daughters of God, blz. 260.
VRIJDAG
13 juni
TERUGBLIK
1. Hoe toonde Asa zijn geloof in de Heer, toen het Ethiopische leger Juda aan viel?
2. Welke verdere stappen in het werk van de reformatie nam Asa, toen hij de boodschap van de Heer had gehoord?
3. Van welke behoeften moeten wij bewust zijn en wat moeten wij van harte ondersteunen, als wij de tijd van Asa vergelijken met onze tijd?
4. Wat is iets, dat eerlijke zielen zal overtuigen van de reddende kracht van de waarheid?
5. Welke les kunnen wij leren van Asa’s fouten, toen zijn geloof later weer beproefd werd?