ZONDAG
2 maart
1. EEN ONVERWACHTE NEDERLAAG
A. Waarom ontstak de woede van de Heer tegen Israël, terwijl Mozes de oversteek van de Jordaan met de legers van Israël voorbereidde om Kanaän te bezetten? Numeri 25:1-3.
B. Wie was het meesterbrein achter dit grote kwaad? Openbaring 2:14; Numeri 31:15-16.
“Op advies van Bileam werd een groot feest ter ere van hun (van de Moabieten) goden voorbereid door de koning van Moab, en stilletjes werd overlegd, dat Bileam de Israëlieten zou overhalen hieraan deel te nemen… Velen uit het volk (Israël) schaarden zich bij hem in het gadeslaan van de feestelijkheden. Ze waagde zich op verboden terrein en raakten in Satans strikken. Bekoord door de muziek en de dansen, door de schoonheid der heidense meisjes, lieten ze hun trouw aan Jehova los. Terwijl zij deel namen aan feestvieren en aan vermaak, benevelde de wijn hun zinnen en verloren ze ten slotte hun zelfbeheersing. Ze vierden hun hartstochten bot; en toen hun geweten verdorven was door hun gedrag, werden ze ertoe gebracht zich te buigen voor de afgoden. Ze brachten offeranden op de heidense altaren en namen deel aan de verlagende plechtigheden.” -Patriarchen en Profeten, blz. 411.
MAANDAG
3 maart
2. HOE WERD HET KWAAD ONDERDRUKT?
A. Wat was Mozes en de rechters van Israël opgedragen om te doen, voordat de straf van God zou worden weggenomen? Numeri 25:4-5.
“Deze zondige praktijken (door de Moabieten en Midianieten) deden voor Israël, wat alle bezweringen van Bileam niet hadden kunnen, ze scheidden hen van God. Door Gods oordelen werd het volk wakker geschud en zag het de grootheid van zijn zonde. Een vreselijke pestziekte brak uit in de legerplaats, waaraan tienduizenden ten offer vielen. God gaf bevel, dat de leiders van de afval door de overheid ter dood gebracht moesten worden. Dit bevel werd onmiddellijk ten uitvoer gebracht. De schuldigen werden gedood en hun lichamen werden ten aanschouwen van geheel Israël opgehangen, opdat de vergadering bij het zien van de zware straf voor de leiders zich bewust zou zijn van de afschuw, die God had voor hun zonde en zou beseffen, hoe groot Zijn toorn tegen hen was.” -Patriarchen en Profeten, blz. 412.
B. Wat gebeurde er, terwijl het volk weende en hun zonden beleed? Numeri 25:6-8, 12-13.
“Allen gevoelden, dat de straf verdiend was, en het volk spoedde zich naar de tabernakel, waar zij zich onder tranen en berouw hun zonden beleden. Terwijl ze weenden aan de ingang van de tabernakel en de pest nog woedde in het leger, kwam Zimri, één der vorsten van Israël, openlijk naar de legerplaats, vergezeld van een Midjanitische hoer, een vorstin van de Midjanieten (Numeri 25:15), waarmee hij naar zijn tent ging. Nooit deed de ondeugd zich onbeschaamder en halsstarriger voor. Bedwelmd door de wijn beging Zimri zijn zonde ‘als in Sodom’ (Jesaja 3:9) en beroemde zich op zijn schande.” -Patriarchen en Profeten, blz. 412.
C. Hoe velen stierven door de hand van God in de plaag? Numeri 25:9. Wat openbaarde de volkstelling, die kort daarna plaats vond, nog meer? Numeri 26:1-2, 63-65.
“Het vonnis, dat over Israël werd voltrokken door hun zonde te Sittim, verdelgde de overlevenden van die grote menigte.” -Patriarchen en Profeten, blz. 412.
DINSDAG
4 maart
3. EXTRA BESCHERMENDE MAATREGELEN
A. Wat was Mozes opgedragen om te doen, toen de Midianieten onder de meest ontaarde vijanden van God en onder de meest gevaarlijke buren van Israël waren? Numeri 31:1-3, 8.
B. Wat zal God met hen doen, die kwaad tegen Zijn volk beramen? Psalm 94:1-2, 20-23.
“Hij (God), die niet sluimert, Die voortdurend werkt voor de uitvoering van Zijn bedoelingen, zal Zijn eigen werk voorwaarts doen gaan. Hij zal de plannen van boze mensen verijdelen en zal de beraadslagingen van hen, die kwaad beramen tegen Zijn volk, in verwarring brengen. Hij, Die de Koning is, de Here der heerscharen, woont tussen de cherubs, en te midden van de strijd en het gewoel der volken waakt Hij nog steeds over Zijn kinderen.” -Gedachten van de Berg der Zaligsprekingen, blz. 106.
C. Op welke voorwaarde heeft God beloofd Zijn volk te beschermen? Deuteronomium 28:1-7.
“De gemeente is Gods middel voor de verkondiging der waarheid, door Hem bekrachtigd om een bijzonder werk te doen. Als ze trouw is aan Hem, gehoorzaam aan al Zijn geboden, zal de uitnemendheid van Gods genade in haar wonen. Als ze waarachtig is in haar trouw en de God van Israël de eer geeft, die Hem toekomt, zal geen macht ter wereld voor haar kunnen bestaan…
Als de gemeente zich bekleedt met het kleed van Christus’ gerechtigheid en zich los maakt van de gemeenschap met de wereld, licht voor haar de morgenstond van een heerlijke dag. Gods belofte aan haar zal voor altijd blijven bestaan. Hij zal haar maken tot een eeuwige heerlijkheid, tot een vreugde voor vele geslachten. De waarheid, die door velen versmaad en veracht is, zal triomferen. Hoewel bij tijden schijnbaar vertraagd is haar vooruitgang nooit stopgezet. Wanneer Gods boodschap tegenstand ontmoet, schenkt Hij bijzondere kracht, zodat ze een grotere invloed uitoefent. Begiftigd met goddelijke energie zal ze haar weg banen door de sterkste barrières en over elk beletsel zegevieren.” -Van Jeruzalem tot Rome, blz. 436-437.
WOENSDAG
5 maart
4. EEN WAARSCHUWING VOOR ONS
A. Waarom moeten wij, en vooral degenen, die geroepen zijn om deel te nemen aan het werk van God, studie maken van de hoogte- en dieptepunten in de geschiedenis van Israël? Romeinen 15:4. Waarom verdient de afval, die plaats vond bij de Jordaan, speciale aandacht?
“De Israëlieten waren bestand tegen de wapenen of de waarzeggerij van Midjan, maar werden de prooi van zijn hoeren. Zo groot is de macht, die de vrouw, in dienst van Satan, heeft uitgeoefend om zielen te verstrikken en te verderven… Op deze wijze zijn de zonen van Seth van het rechte spoor afgebracht en is hun heilige zaad verdorven. Op deze wijze is Jozef verzocht. Simson verloor zo zijn kracht en werd in de handen der Filistijnen overgeleverd. Hier struikelde ook David. En Salomo, de wijste koning, die driemaal een beminde des Heren is genoemd, werd een slaaf van zijn hartstocht, en bracht zijn oprechtheid ten offer aan dezelfde betoverende macht.” -Patriarchen en Profeten, blz. 413-414.
B. Welke waarschuwing is gericht tot deze laatste generatie christenen? 1 Korinthe 10:8, 11.
“Naarmate we het einde naderen en Gods volk zich aan de grens van het hemels Kanaän bevindt, zal Satan evenals vroeger zijn inspanningen verdubbelen om te verhinderen, dat ze dat goede land zullen binnengaan. Hij zet zijn strikken voor iedere ziel. Niet alleen de onwetenden en de ongeleerden moeten op hun hoede zijn; hij zal ook hen verzoeken, die een vooraanstaande plaats bekleden en het heiligste ambt vervullen; als hij hen ertoe kan brengen hun ziel te verontreinigen, kan hij tal van anderen door hen verderven. En hij gebruikt dezelfde middelen als drieduizend jaar geleden. Door wereldse vriendschap, door bekoorlijkheid der schoonheid, door het najagen van genot, feestvieren, vrolijkheid en het wijnglas tracht hij hen ertoe te brengen het zevende gebod te overtreden.
Eer Israël verviel tot afgoderij, verleidde Satan hen tot ontucht. Zij, die Gods beeld willen onteren en Zijn tempel in hun leven verontreinigen, zullen niet terugschrikken voor iets, dat God zal onteren, zolang ze hun laaghartige wensen kunnen bevredigen. Toegeven aan zingenot verzwakt de geest en verlaagt de ziel.” -Patriarchen en Profeten, blz.414.
DONDERDAG
6 maart
5. DE WEG WAS BEREID OM TE ZONDIGEN
A. Welke toestand (of toestanden) bereidde de weg voor het volk Israël om ten prooi te vallen aan de waarneembare verleidingen van Satan, toen zij bij de Jordaan kwamen? Ezechiël 16:49-50.
“Toen Israël zich gerust en veilig voelde, werd het tot zonde verleid. Zij lieten na God gedurig voor zich te hebben, ze vergaten te bidden en koesterden zelfvertrouwen. Gemak en toegeeflijkheid lieten de vesting der ziel onbewaakt en slechte gedachten vonden ingang. De verraders binnen de muren ondermijnden de sterkten van het beginsel en leverden Israël over in de macht van Satan. Op deze wijze tracht Satan nog altijd de ziel te verwoesten. Zonder dat de wereld het merkt, vindt een langdurig voorbereidend werk plaats in het hart, eer de christen openlijk toegeeft aan de zonde. De geest vervalt niet aanstonds van zuiverheid en heiligheid tot ontaarding, verderf en misdaad. Er is tijd voor nodig om degenen, die naar Gods beeld geschapen zijn, te veranderen naar het beeld van Satan. Door aanschouwen worden wij veranderd. Door toe te geven aan onreine gedachten kan de mens zijn geest dusdanig vormen, dat de dingen, die hij vroeger verafschuwd heeft, hem aangenaam worden.” -Patriarchen en Profeten, blz. 415.
B. Welke waarschuwing moeten wij altijd in gedachten houden? 1 Korinthe 10:12; 1 Petrus 5:8.
VRIJDAG
7 maart
TERUGBLIK
1. Wie was het meesterbrein achter de grote afval, die plaats vond in Israël kort voor het oversteken van de rivier de Jordaan?
2. Hoe was de weg voorbereid voor de Israëlieten bij die gelegenheid te vallen?
3. Hoe werden de meest schuldigen gestraft?
4. Welke les moeten wij leren van het feit, dat de Midianieten vernietigd moesten worden zonder dat inspanningen om hen te evangeliseren waren gedaan?
5. Wat zal een oprechte dienstknecht van God kunnen zeggen, als hij of zij het voorbeeld van Paulus in Filippensen 4:9 volgt?